VEB.net maakt gebruik van cookies om het gebruiksgemak van de website te verbeteren. 

Wie terugkijkt op de outperformers van het beursjaar 2025 denkt al snel aan Amerikaanse tech-aandelen en kunstmatige intelligentie. Toch kwam een van de meest spectaculaire prestaties dit jaar niet van de aandelenmarkt. In de schaduw van het beursgeweld leverde zilver een rendement op dat zelfs voor doorgewinterde grondstofbeleggers uitzonderlijk is: een recordstijging van maar liefst 140 procent.

Daarmee liet zilver vrijwel alle andere beleggingscategorieën ver achter zich. Het edelmetaal, vaak spottend aangeduid als 'the poor man’s gold', wordt doorgaans in één adem genoemd met goud. 

Ook goud kende in 2025 een uitzonderlijk sterk jaar, met een prijsstijging van circa 70 procent. Historisch gezien al zeer indrukwekkend, maar die prestatie valt in het niet bij de koersexplosie van zilver.

Zilver en goud leverden beleggers een flink rendement op in 2025

Bron: Bloomberg.

Meerdere verklaringen
Dat zilver dit jaar zo sterk presteerde, kent meerdere oorzaken. Net als goud profiteerde het metaal van geopolitieke onzekerheid en zorgen over de houdbaarheid van overheidsschulden, met name in de Verenigde Staten. In dat soort tijden zoeken beleggers traditioneel hun toevlucht tot tastbare waardeopslag, zoals edelmetalen.

Zilver kent daarnaast een extra dimensie. Anders dan goud wordt het edelmetaal gebruikt in industriële toepassingen, onder meer in zonnepanelen, mobiele telefoons en halfgeleiders. Die cyclische vraag maakte zilver dit jaar extra aantrekkelijk, zo stellen analisten die de markt volgen. Toen de belangstelling voor zilver toenam, bleek de markt relatief krap, wat de prijsstijgingen verder versterkte.

Ook het renteklimaat speelde een rol. Het marktsentiment rond de FED was dit jaar sterk gericht op renteverlagingen, terwijl de inflatie relatief hoog bleef. Daardoor kwamen de reële rentes onder druk te staan. Voor edelmetalen, die zelf geen rente of dividend opleveren, is dat doorgaans gunstig: als andere beleggingen, zoals obligaties of spaargeld, nauwelijks rendement opleveren, wordt het aanhouden van goud en zilver relatief aantrekkelijker. Het omgekeerde geldt wanneer rentes stijgen.

Tot slot speelt volatiliteit traditioneel een rol. Zilver is historisch gezien een stuk beweeglijker dan goud. In opgaande markten kan die eigenschap als een hefboom werken.

Een historisch rendementsverschil
Dat zilver en goud elkaar op jaarbasis afwisselen als best presterend edelmetaal is niet nieuw. Op langere termijn liggen de rendementen echter opvallend dicht bij elkaar. Vanaf de eeuwwisseling gemeten is het gemiddelde jaarlijkse rendementsverschil tussen goud en zilver zelfs vrijwel nul.

Juist daarom springt dit jaar eruit. Een rendementsverschil van circa 70 procent is sinds 1980 niet meer voorgekomen. Zelfs tijdens eerdere grondstoffenhausse bleef de afstand tussen beide metalen aanzienlijk kleiner. In statistische zin is 2025 daarmee een duidelijke uitschieter.

Historisch grote delta in rendement tussen zilver en goud

Bron: Bloomberg en analyse VEB. De staven reflecteren de jaarlijkse rendementen van zilver en goud. De lijn weerspiegelt de delta tussen beide rendementen.

Niet-productieve activa
Zo’n uitzonderlijk jaar roept onvermijdelijk de vraag op of zilver ook vooruitkijkend aantrekkelijk is. Het eerlijke antwoord is dat niemand dat met zekerheid kan zeggen. Zilver en goud zijn grondstoffen die geen inkomen genereren: ze keren geen rente of dividend uit en leveren geen kasstromen op. Daarmee behoren zij tot de zogenoemde ‘niet-productieve activa’.

Dat maakt deze edelmetalen per definitie lastig te waarderen. De prijs wordt vooral bepaald door sentiment, schaarste en vertrouwen, factoren die grillig zijn en zich moeilijk laten voorspellen.

Die onzekerheid wordt onderstreept door een recente analyse van de Bank for International Settlements (BIS). Volgens de BIS vertoont met name de goudprijs kenmerken van zogenoemd ‘explosief prijsgedrag’. Dat betekent niet dat een prijsdaling op korte termijn onvermijdelijk is, maar wel dat de markt zich in een fase bevindt waarin overdrijving en kuddegedrag een grotere rol kunnen spelen. 

De BIS wijst erop dat tijdens dit soort sterke prijsstijgingen de invloed van particuliere beleggers toeneemt. Media-aandacht, sociale interacties en de angst om iets te missen kunnen ertoe leiden dat trends worden nagejaagd, waardoor prijsbewegingen zichzelf versterken.  

Beleggers doen er daarom goed aan zich niet blind te staren op recente prestaties van de edelmetalen. Zoals Warren Buffett ooit cynisch opmerkte: “goud is niets anders dan een enorme hoeveelheid metaal die uit de grond wordt gehaald, weer wordt begraven en vervolgens wordt bewaakt, zonder dat het iets produceert”. Die observatie geldt in zekere zin ook voor zilver.

Drie manieren om te beleggen in zilver
Beleggers die blootstelling willen aan zilver, kunnen dat op verschillende manieren doen. Elke route kent eigen voor- en nadelen:

1. Fysiek zilver: Wie zilver vooral ziet als tastbare waardeopslag kan bijvoorbeeld kiezen voor munten. Anders dan bij goud speelt btw hier een belangrijke rol: fysiek zilver is in Nederland niet vrijgesteld van btw, wat de instapkosten direct met 21 procent verhoogt. Er bestaan echter partijen die het fysieke zilver in douanedepots opslaan, bijvoorbeeld in Zwitserland, waardoor geen btw verschuldigd is. De belegger blijft dan wel juridisch eigenaar van het zilver. Daarnaast spelen verzekering, veiligheid en verhandelbaarheid een belangrijke rol. Ook rekenen aanbieders doorgaans een opslag bij aankoop en een korting bij verkoop. Bij munten kan bovendien verzamelwaarde een rol spelen, wat het rendement extra onvoorspelbaar maakt. 

2. Exchange Traded Commodities: Via de beurs kunnen beleggers eenvoudig inspelen op de zilverprijs met zogeheten Exchange Traded Commodities (ETC’s). In Nederland bieden bijvoorbeeld iShares, WisdomTree en Invesco dit soort ETC's aan. Deze producten volgen de zilverprijs doorgaans nauwgezet en zijn (naar eigen zeggen) gedekt door fysiek zilver dat bij een externe bewaarder ligt opgeslagen. ETC’s zijn liquide en relatief goedkoop (jaarlijkse kosten liggen tussen de 0,2 en 0,5 procent), maar juridisch gezien betreft het schuldpapier van de uitgever. In extreme scenario’s blijft de werking van die constructie onzeker. 

3. ETF’s met zilvermijnbedrijven: Een indirectere route loopt via ETF’s die beleggen in zilvermijnbedrijven. Deze aandelen reageren vaak sterker dan de zilverprijs zelf, en brengen ook extra risico’s mee. Zo wordt de koersontwikkeling niet alleen bepaald door de zilverprijs, maar ook door operationele kosten en prestaties van de bedrijven zelf. Tevens is er sprake van geografische risico’s en (geo)politieke risico’s die van invloed kunnen zijn op de mijnbouwbedrijven. Bovendien produceren veel mijnen meerdere metalen, waardoor de blootstelling aan zilver wat minder is. Het rendement kan daardoor sterk afwijken van de zilverprijs.